Ze heeft al drie keer eerder aan de hemelpoort gestaan. “Deed Petrus niet open?”, had de arts gekscherend aan haar gevraagd. Ze had erom gelachen. Nu is het menens. Longkanker. De agressieve en snelgroeiende vorm. Mogelijk met uitzaaiingen, maar de onderzoeken zijn gestopt. Ze wil het niet meer. De arts had haar deze week nog gebeld met de vraag of ze van gedachten was veranderd. Haar antwoord was nee geweest. Ze heeft haar keuze weloverwogen gemaakt en staat erachter. “Nu heb ik het zelf in de hand.”
Deze maand vierde ze haar verjaardag met een etentje. Het nagerecht was op feestelijke wijze aan tafel gebracht, terwijl ‘Lang zal ze leven’ uit de speakers had geklonken. “U had traantjes in de ogen hè oma, toen dat liedje werd gedraaid”, had haar kleinzoon na afloop gezegd. Soms betrapt ze zichzelf erop dat ze bezig is met wat een ander vindt van haar keuze. “Oma, het is úw keuze. En die respecteer ik”, had haar kleindochter nog eens benadrukt, toen ze weer eens probeerde te peilen hoe zij erin stond. Zichzelf douchen kostte haar voorheen ruim twee uur, waardoor ze de rest van de dag geen energie meer over had. Vandaag laat ze zich voor het eerst helpen. Ze schaamt zich. Voor haar lichaam. Voor de afhankelijkheid. “Dit zijn geen drempels meer. Noem het maar gerust volledige overgave.” Toch is ze blij dat ze hier nu ‘ja’ tegen gezegd heeft. Na afloop concludeert ze opgelucht dat ze nog energie over heeft. Voor wat er werkelijk toe doet in het leven. Namelijk de verjaardag van haar kleindochter vieren die vandaag zestien is geworden. Ze komt zo op bezoek mét gebak. Terug in de auto schiet ik in de lach als ik terugdenk aan een uur geleden. Ik had met een bezwaard gevoel voor haar deur gestaan. De diagnose was vers van de pers. Ik had haar ruim een jaar niet gezien. En er lag nogal een lading op zich de eerste keer laten ondersteunen bij de persoonlijke verzorging. “Dan kan je haar de aandacht geven. Het vertrouwen. Samen praten. Naja. Zoals jij dat doet”, had m’n collega gezegd. Zij had er duidelijk meer vertrouwen in dan ik. Stemmetjes als ‘moet niet iemand van het vaste team naar haar toe’, ‘gaat ze mijn hulp wel accepteren?’ passeerde in een razend tempo de revue. Wat - zoals altijd - verdween als sneeuw voor de zon vanaf de seconde dat zij de deur open deed. Omdat ‘aanwezig zijn’ dan het enige is wat nodig is om te ‘doen’. En zij kan blijven genieten van de lichtpuntjes in het leven wat haar nog rest. Dát is bijdragen aan kwaliteit van leven. ❤️
0 Comments
Your comment will be posted after it is approved.
Leave a Reply. |
AuteurIn haar werk als lichaamsgericht en energetisch therapeut en als complementair zorgverlener in de wijk schrijft Miranda over het belang van voelen, aandacht & contact bij angst, onrust en spanning. Categorieën
Alles
Archieven
Juni 2024
|