Het is even na twaalven wanneer ik aanbel voor de ochtendzorg. Later dan gepland. Terwijl ik mijn excuses maak, voel ik het al: ze zullen die woorden van me waarschijnlijk niet nodig vinden. Toch bied ik ze aan. Niet omdat ik iets had kunnen veranderen aan de vertraging, maar omdat ik me kan indenken hoe het is om te wachten als je afhankelijk bent. En in alle eerlijkheid ook omdat iets in mij graag de harmonie wil bewaren, wetend dat er cliënten zijn die uit frustratie of onmacht kunnen reageren. Dat begrijp ik vaak, maar het schuurt soms ook. Omdat ik ook gewoon mens ben. En soms komt de negativiteit me eerlijk gezegd mijn neus uit.
En dan kom ik bij haar, altijd vriendelijk, altijd begripvol. Nooit boos of geïrriteerd, zelfs niet als ik later ben. “Ik mag blij zijn dat ik hulp krijg,” zegt ze lachend. Ze voelt dat echt zo. Het begon met alleen wondzorg aan haar been, maar kort na hun zestigjarig huwelijksfeest, werd er slokdarmkanker geconstateerd en is de zorg uitgebreid. Ze wil geen behandelingen meer en blijft zichzelf: opgewekt, bezig, nooit achterover leunend. “In m’n ochtendjas of niet, ik blijf bezig. Achter de geraniums verpieter je alleen maar,” zegt ze met ogen die een sprankeling hebben die ik niet snel vergeet. Haar man knikt instemmend. Hij houdt zich deze dagen bezig met de kerstverlichting, binnen én buiten. Zij met de kerstkaarten. Samen hebben ze het gezellig, zelfs middenin alle zorg. Gisteren zijn ze met hun dochter naar het tuincentrum geweest en hebben daar vol trots wat mooie spullen gekocht. Ze laten me alles zien. De lichtjes gaan automatisch uit om 23:00 uur. “Dan weten we dat we naar bed moeten,” grapt hij. Ze vertellen dat ze hun dochter wat spullen cadeau hebben gedaan. “Ze doet zo veel voor ons,” zegt ze. “Het is beter te geven met een warme hand dan met een koude. Dat heb ik altijd geleerd.” Wanneer ik mijn jas aantrek om weg te gaan, stopt ze me. “Wacht even, ik heb iets voor je.” Ze verdwijnt naar haar atelier, een plek vol kleur en creativiteit, die ik vorige week voor het eerst mocht bewonderen. Als ze terugkomt, overhandigt ze me een zelfgemaakte kerstkaart. Elke centimeter van die kaart is met zorg gemaakt, dat zie ik meteen. “Voor jou,” zegt ze. Ik ben even stil. Hoe zeg je ‘dank je wel’ als je eigenlijk veel meer voelt dan dat? Haar gebaar raakt me, misschien meer dan ze zelf kan beseffen. Op weg naar huis voel ik het nog steeds. Dankbaarheid. Niet alleen voor wat ik mocht ontvangen, maar ook voor wat deze mensen mij telkens weer leren: het leven zit in de kleine momenten. In bezig blijven. In geven met een warme hand. In een zelfgemaakte kaart die zegt: ‘Ik zie je, en ik waardeer je.’ Dankbaar zijn voor wat er nú is. Misschien is dat wel het grootste cadeau dat je jezelf kunt geven. ❤️
0 Comments
Your comment will be posted after it is approved.
Leave a Reply. |
AuteurIn haar werk als energetisch zorgdeskundige en als complementair zorgverlener in de wijk schrijft Miranda over het belang van voelen, aandacht & contact bij angst, onrust en spanning. Categorieën
Alles
Archieven
December 2024
|